Skip to content
  • Blog

Deze donkere dagen denk ik vaak aan finishen.
Een finish is waar alles samenkomt en waar een loper echt kan laten zien uit welk hout hij gesneden is.
Zelden bereik je echter de perfectie van een strak gelopen race die bekroond wordt door een moeiteloos ogende finale versnelling.
In een lange wedstrijd als in het leven, werkt het lichaam de laatste kilometers niet meer zo mee.
Een stap wordt vaak nog slechts gemaakt omdat stoppen moeilijker is dan door te gaan.
Kramp slaat toe als je sneller wilt of iets te veel op je tenen probeert te staan.
Tergende stijve traagheid en treiterende rusteloosheid strijden om je aandacht.
Elke hobbel in de weg tart je wankel evenwicht.
Vergeet je een drankpost dan moet je het bezuren.
Ach, tja daar was iets wonderlijks met vergeten.
Naarmate je meer te onthouden hebt, omdat niets meer vanzelf gaat, laat je geheugen je in de steek.
Peinzend over finishen, merk je dat naarmate je meer achterlaat de tijd steeds sneller gaat.
Als je het grootste gedeelte van de race nog voor je hebt, is de route een gelijkmatig en goed geolied plan.
Raakt de finish in zicht, wisselen taaie perioden van machteloze vermoeidheid en korte episodes van optimisme elkaar af in een onvoorspelbare dans.
Kon ik nog maar eens de euforie van een goed gelopen marathon beleven.
In deze tijd van het jaar loop ik over van de plannen.
Nog tien marathons en ik heb er honderd gedaan.
Stoppen is geen optie, ik zal mijn eigen onwillige lichaam moeten verslaan.
Oud ben ik nog niet, maar ik heb de versnelling richting de finish ingezet.
Nu mag ik nog slechts hopen dat net als bij mijn best gelukte Comrades Marathon een gouden golf van euforie mij op de streep zal overspoelen.

Siebe Turksma

Back To Top